De griepprik kan griep in de meeste gevallen voorkomen. Als u toch griep krijgt, dan zorgt de prik ervoor dat de ziekte minder ernstig verloopt.
Veel mensen krijgen elk jaar rond oktober of november de griepprik van de huisarts. Dit zijn mensen met een verhoogd ‘risico’ op complicaties. Dat wil zeggen dat zij een grotere kans
hebben op een ernstiger beloop of extra problemen bij griep. Dit zijn:
• mensen van 65 jaar en ouder;
• mensen met een hart- of longziekte en mensen met suikerziekte;
• nierpatiënten en mensen die weinig afweer hebben door ziekte of medische behandeling: hun lichaam is kwetsbaar, waardoor de gevolgen van griep ernstiger kunnen zijn.
Deze mensen hoeven de griepprik niet te betalen. Vanaf 2008 krijgen ook mensen vanaf zestig jaar de griepprik.
Heeft de griepprik bijwerkingen?
De prik kan soms gedurende een dag wat pijn in de arm geven, maar u kunt er niet ziek van worden. U kunt er geen griep van krijgen, want het griepvaccin bevat stukgemaakt (en dus onwerkzaam)
virus.
Hoe werkt de griepprik?
Als u een griepprik krijgt, reageert uw lichaam hierop door afweerstoffen te maken tegen het virus. De griepprik werkt al na twee weken. Wanneer u daarna in aanraking komt met het griepvirus, kunnen
de afweerstoffen het onschadelijk maken.
Waarom elk jaar een griepprik?
Het griepvirus verandert regelmatig. Ons lichaam herkent het virus dan niet goed meer. Daarom kunt u elk jaar weer griep krijgen en is elk najaar (eind oktober, begin november) een nieuwe griepprik
nodig.
Een griepprik werkt alleen tegen de echte griep (influenza), dus niet tegen verkoudheid.
De griepprik krijgt u in de bovenarm. Wilt u daar met uw kleding rekening mee houden?
Lees voor meer informatie de NHG-Patiëntenfolder Griep, of kijk verder op de website
tijdvoordegriepprik.nl.
[Bron: Nederlands Huisartsen Genootschap, september 2007]